Thuiszorg is een vorm van zorg die wordt bekostigd vanuit de Zvw (Zorgverzekeringswet). De zorg die vanuit deze wet wordt gegeven, is gericht op herstel. Dit is niet altijd de juiste zorgvorm voor onze cliënten, bijvoorbeeld omdat deze vorm van zorg niet toereikend is. In veel gevallen is verpleeghuiszorg echter nog niet nodig of wenselijk, en daarom is er een tussenvorm van deze zorg: het VPT. Dit blijkt een niet heel bekend begrip. Deze vorm van zorg is verpleegzorg die bij de cliënt in de aanleunwoning van Cedrah wordt gegeven en waarop 24 uur per dag een beroep kan worden gedaan. In tegenstelling tot thuiszorg valt VPT onder de Wlz (Wet langdurige zorg). De Wlz is gericht op ondersteuning, herstel is niet meer mogelijk. Een indicatie voor VPT kan verkregen worden via het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Cedrah is dus niet degene die bepaalt of iemand wel of geen VPT kan krijgen. Als een cliënt een VPT-indicatie heeft, krijgt Cedrah hiervoor financiering vanuit het zorgkantoor. Cliënten betalen ook altijd een eigen bijdrage. Deze betalen ze niet aan Cedrah, maar aan het CAK.
Langer thuis
Langer thuis wonen: het wordt noodzaak, maar er zitten zeker ook voordelen aan. Ouderen die thuis wonen hebben meer regie en controle over hun eigen leven. Ze hebben meer ruimte en privacy, onderhouden makkelijker hun sociale contacten en kunnen vasthouden aan hun bekende routines. Ze zijn vaak actiever dan bewoners in een verpleeghuis en blijven daardoor langer fit. Ze wonen in hun vertrouwde huis vol herinneringen in een bekende buurt, hebben hun dierbaren en eigen spulletjes om zich heen. Daarbij is het financieel vaak aantrekkelijk om langer thuis te wonen. Wat ik ook heel mooi vind aan VPT is dat echtparen langer samen kunnen blijven wonen, zolang dat mogelijk is voor hen. De een krijgt dan zorg, terwijl de ander mantelzorger is. Los van deze voordelen wordt langer thuis wonen steeds meer noodzaak. We hebben te maken met een groeiend aantal ouderen die een zorgvraag hebben, een beperkt aantal verpleeghuisplaatsen en niet genoeg zorgmedewerkers om dat aantal uit te breiden. Omdat de zorgkloof steeds groter wordt en het aantal verpleeghuisplaatsen daarmee schaarser, zal er in de toekomst lang niet altijd plek zijn in een verpleeghuis. We zullen daarom andere manieren moeten vinden om toch aan de zorgvraag te kunnen beantwoorden. Daarvoor is passende zorg nodig: houdbare, duurzame en mensgerichte zorg. Een vorm van passende zorg is VPT. Zelf vind ik dat een hele mooie vorm. Ondanks de groeiende zorgkloof willen we er ook in de toekomst graag voor onze achterban zijn. Daarbij denken we na over de vraag hoe we onze zorgmedewerkers inzetten en hoe we de zorg, wat een steeds schaarser goed wordt, verdelen.
‘VPT biedt echtparen de kans langer samen te blijven wonen’
Thuis de zorg ontvangen die nodig is
Mensen die een indicatie hebben voor een VPT, hebben intensieve zorg nodig. Ook is er vaak sprake van meerdere zorg- en ondersteuningsvragen en is er dag en nacht behoefte aan de beschikbaarheid van zorg. Als cliënten in de woongebouwen van Cedrah wonen, kunnen ze extra lang thuis blijven wonen doordat het krijgen van een VPT hier mogelijk is. VPT is geschikt voor ouderen met een toenemende kwetsbaarheid, zoals achteruitgang in de gezondheidstoestand of wanneer er sprake is van dementie. Er kan sprake zijn van overbelaste mantelzorgers. Ook is het geschikt ter overbrugging van een verhuizing naar een verpleeghuis. Zowel voor de cliënt als voor de organisatie is het fijn als een zo groot mogelijk deel van de zorg gepland wordt. Maar als het nodig is, kan naast deze geplande zorg ook ongeplande zorg worden gegeven. Welke zorg precies geleverd wordt, is afhankelijk van de behoefte van de cliënt. Onder VPT vallen verschillende onderdelen. Met de cliënt wordt afgesproken hoe deze onderdelen worden ingevuld. Hierbij kan gedacht worden aan verpleging, verzorging, dagbesteding of huishoudelijke hulp. Cedrah krijgt bij wijze van spreken een zak met geld voor een cliënt met een VPT-indicatie. Medewerkers van Cedrah gaan met de cliënt in gesprek hoe dat geld verdeeld wordt over de verschillende onderdelen. Daarbij is echt sprake van passende zorg: we stemmen af met de cliënt wat hij of zij nodig heeft.
‘Er is echt sprake van passende zorg: we stemmen af met de cliënt wat hij of zij nodig heeft’
Hulp van familieleden en vrijwilligers
Ik zie dat, wanneer een cliënt een VPT-indicatie krijgt, er vaak al langere tijd een oplopende behoefte is aan zorg. Gelukkig heeft de cliënt in veel gevallen een netwerk om zich heen dat daarin ondersteunt. Op het moment dat de cliënt in de zorg komt bij Cedrah, gaan de cliënt, het netwerk en Cedrah samenwerken om zo goed mogelijke zorg en ondersteuning te bieden. Het voelt vaak voor het netwerk veel natuurlijker om iets voor hun naaste te blijven betekenen wanneer deze in de eigen woning blijft, dan wanneer hij of zij zou verhuizen naar het verpleeghuis. Ik kan me voorstellen dat het voor familie best wennen is wanneer diens naaste professionele zorg nodig heeft. We proberen daarom zoveel mogelijk aan te sluiten bij het gewone leven van de cliënt. Dat houdt onder andere in dat we werken volgens de schijf van vijf: samen met de cliënt en de familie bekijken we allereerst wat de cliënt zelf nog kan. Vervolgens naar welke hulpmiddelen daarbij nodig zijn. Daarna wat familie en het sociale netwerk, zoals buren en de kerk, kunnen doen. Wat overblijft is voor de Cedrah-professional. Een voorbeeld hiervan is wanneer een cliënt graag iedere dag naar buiten gaat. Dat kan belangrijk zijn voor het welzijn van een cliënt en invloed hebben op het hele leven van deze persoon. Het is natuurlijk het fijnst als de cliënt dit zelfstandig kan, zodat hij zelf de regie heeft om dit te kunnen doen wanneer hij dit wil. We kunnen de cliënt in veel situaties ook ondersteunen om dit (weer) zelf te kunnen, of er kunnen hulpmiddelen worden ingezet. Wanneer dat echt niet lukt, kijken we met elkaar hoe we dit kunnen regelen. We overleggen met familie en kijken of we vrijwilligers kunnen inzetten en soms kan hier ook een rol liggen voor Cedrah-medewerkers. Ik vind het mooi als we met elkaar dergelijke wensen kunnen waarmaken!’
Waar voelt de cliënt zich fijn bij?
Iedere cliënt is anders en de behoeften per cliënt kunnen dus ook verschillen. Hoe het VPT wordt ingevuld kan daarom verschillend zijn per cliënt. Wat wel altijd geldt bij een VPT is dat één aanbieder zorg levert: eten en drinken, welzijn en verzorging. Dat is een verschil met thuiszorg, waarbij meerdere partijen betrokken kunnen zijn bij een cliënt. En waar bij thuiszorg de focus vooral ligt op zorg, wordt bij een VPT juist ook ingezet op het welzijn van de cliënt. Het is een meer holistische benadering, waar we kijken naar alle facetten in iemands leven. De zinvolle daginvulling kan daarbij net zo belangrijk zijn als de persoonlijke verzorging. Onze medewerkers gaan daarom in gesprek met de cliënt en stellen vragen als: waar voelt de cliënt zich fijn bij? Vindt hij het fijn om naar de dagbesteding te gaan, of heeft hij meer behoefte aan individuele begeleiding? Wat zijn iemands interesses en hobby’s? Er zijn bijvoorbeeld cliënten die niet van groepsactiviteiten houden, maar die misschien wel behoefte hebben aan een stukje begeleiding bij het uitoefenen van een bepaalde hobby. We kijken dus niet alleen naar de zorg, maar we zoeken samen met de cliënt naar manieren om zijn leven op een goed gebalanceerde manier in te vullen.
‘Bij VPT zoeken we samen met de cliënt naar manieren om zijn leven op een goed gebalanceerde manier in te vullen’
Focus op welzijn
Bij VPT wordt alle zorg door één aanbieder gegeven. Wel kan het verschillen op welke manier dat gedaan wordt. Bij Cedrah hebben sommige locaties een apart VPT-team. In andere gebouwen hebben medewerkers zowel thuiszorg- als VPT-cliënten. In alle gevallen vraagt het van de medewerkers om een andere manier van werken: een tussenvorm tussen het werken in het verpleeghuis en het werken in de wijkverpleging. Bij VPT- cliënten is meer focus op het welzijn van de cliënt. Ook is VPT minder taakgericht. Van tevoren wordt globaal met een cliënt afgesproken welke zorg gegeven wordt, maar als de medewerker bij een VPT-cliënt komt, beweegt hij of zij mee in wat de cliënt wil. Is er vandaag vooral behoefte aan het wassen van de haren of juist aan het organiseren van het huishouden? Daarop past de medewerker zich aan.
Iets voor elkaar betekenen
Omdat het product VPT steeds relevanter wordt in de maatschappelijke context, heeft Cedrah in de afgelopen jaren uitvoerig onderzoek gedaan naar wat VPT precies inhoudt en hoe Cedrah daar vorm aan kan geven. Vanuit dat project zijn verschillende uitgangspunten beschreven die Cedrah gebruikt bij de uitvoering. Een sprekend voorbeeld vind ik dat bij VPT geestelijke verzorging niet in het pakket zit. Bij Cedrah vinden we dit echter wel belangrijk. Vrucht 1 van de Cedrah-boom is immers ‘Ik voel mij thuis bij de identiteit’. Als geestelijke verzorging bijdraagt aan het welzijn van een cliënt, willen we dat ook bieden en wordt dat bekostigd vanuit de eerder genoemde ‘zak met geld’. Dat kan betekenen dat er iets minder overblijft voor andere zaken, bijvoorbeeld dagbesteding. Gezien onze identiteit vinden we het belangrijk hier ruimte voor te creëren. Die identiteit speelt sowieso een belangrijke rol in onze woonleefgemeenschap. Doordat VPT bij Cedrah geleverd wordt binnen de woonleefgemeenschap, wonen er rondom de cliënt ook andere ouderen die de reformatorische identiteit delen. Ik vind het mooi om te zien hoe bewoners ervoor open staan om hun buurman of buurvrouw in praktische dingen bij te staan. Ze kunnen iets voor elkaar betekenen, door een gesprekje of een helpende hand. Juist als er in een woongebouw een mix is van vitale en minder vitale mensen komt het leven in de woonleefgemeenschap tot zijn recht.
Recht op wat je nodig hebt
Ook hele praktische uitgangspunten zijn vastgesteld. Bij VPT zitten eten en drinken bijvoorbeeld in principe allemaal in het pakket. Tegelijkertijd wonen de cliënten nog wel in hun eigen woning en willen ze graag zoveel mogelijk regie op hun eigen leven. Met een kar met koffie langs de deur is daarom niet passend. Wel wordt de warme maaltijd altijd door Cedrah verstrekt. Broodmaaltijden en tussendoortjes worden door de cliënt zelf geregeld indien mogelijk. De cliënt krijgt dan van Cedrah een stukje van de zak met geld, waarmee hij zelf boodschappen kan doen, bijvoorbeeld bij het winkeltje in het woonzorgcentrum. Wanneer cliënten hulp nodig hebben bij het klaarmaken van hun eten wordt dat gefaciliteerd, door het netwerk of door Cedrah. En als cliënten dagbesteding hebben, krijgen ze daar uiteraard eten en drinken. Ik vind VPT een heel mooie vorm om passende zorg waar te maken. Ik krijg weleens de indruk dat wordt gedacht dat VPT ‘volledig’ is en alles omvat wat een cliënt graag zou willen. Wettelijk gezien vallen er wel een aantal onderdelen onder het VPT, maar hebben mensen alleen recht op wat ze nodig hebben. Daarom is het zo belangrijk om het gesprek te voeren met de cliënt en zijn netwerk, zodat we er samen voor kunnen zorgen dat de individuele cliënt krijgt wat nodig en passend is, maar dat we de zorg ook zo goed mogelijk kunnen verdelen over alle cliënten die een beroep doen op Cedrah.
Modulair Pakket Thuis (MPT)
Een variatie op het VPT is het MPT. Hierbij kunnen cliënten zorg ontvangen van meerdere Wlz-aanbieders. Ook kunnen cliënten ervoor kiezen om bepaalde zorgvormen in natura van de Wlz-aanbieder te ontvangen en de overige benodigde zorg zelf in te kopen via persoonsgebonden budget (PGB). Een ander verschil met VPT is dat maaltijden en huishoudelijke zorg niet onder de indicatie MPT vallen.